Deze bijdrage is van Mark van der Molen, DJ van Kink FM, fan van friet en Frietopia

Het lenteweer brengt voor velen een gevoel van geluk, kriebels in de buik en een dringend verlangen om op vakantie te gaan. Voor mij brengt de lente ook iets anders met zich mee. Moeder Natuur lijkt het namelijk ieder jaar op mijn hongergevoel gemunt te hebben door alles in de stad te laten ruiken naar lekker eten en dan voornamelijk het rokerige luchtje van spareribs gecombineerd met de subtiele geur van friet sudderend in een frituurpan. Toen ik besloot lotgenoten te zoeken op het internet en de woorden “rokerige lucht lente” te googlen werd ik erop geattendeerd dat het ruiken van een brandlucht 1 van de symptomen is van een hersentumor. Je snapt, de uit-knop van de computer was snel gevonden.

Met een knorrend gevoel in mijn maag besloot ik dan toch maar een willekeurige snackbar op te zoeken om mijn lente-honger te stillen. Als inwoner van Boskoop heb ik de keuze uit verschillende snackbars als “De Brugpieper” (gevestigd naast een brug.. snap je?), “Holle Bolle Gijs” en de “Vork”. Allemaal hebben ze een net wat andere pindasaus, maar daar houden de verschillen eigenlijk wel op. Tenzij je de etniciteit van de mensen achter de kassa meerekent natuurlijk… Misschien kijk ik naar het verleden door een roze bril, maar ik kan me nog zo goed herinneren dat ik als kind precies wist welke plaatselijke snackbar de lekkerste kroket had, de dikste frikandel en de krokantste frietjes. Anno 2011 lijkt iedere toko helaas dezelfde eenheidsworst te verkopen. Tegenwoordig laat ik de keuze van waar ik heenga maar afhangen van waar ze de zachtste stoelen hebben.

Gedesillusioneerd liep ik doelloos door het dorp. “Zal ik anders uit eten gaan?”, dacht ik nog. Als je namelijk over de schaamte heenstapt om in een peperduur restaurant een simpele varkenshaas-sate te bestellen, krijg je vaak wel echt vakwerk op je bord. Na een blik te hebben geworpen in mijn net iets te lege portemonnee besloot ik toch maar wat lappen vlees te gaan halen bij de plaatselijke slager. Het lijstje had ik al helemaal in mijn hoofd.. “een griekse saucijzenworst, een peppersteak en een tortilla gevuld met gehakt en tacosaus”. Net voordat ik met kwijl in mijn mondhoeken wilde bestellen moest ik een stap opzij zetten voor een vrouw die weg wilde lopen met haar zojuist gekochte vleeswaren. Alsof een hogere snack-macht mij de juiste kant op wilde sturen. Links van mij stond namelijk een koelkast gevuld met rundvleeskroketten die de slager persoonlijk met passie heeft staan rollen. Nog voordat ik thuis mijn jas had uitgedaan stond de frituur al aan en 15 minuten later zat ik met tranen in mijn ogen 2 slagerskroketten te eten. Met het hand op mijn hart kan ik zeggen dat ik in jaren niet zo heb genoten van 2 simpele kroketjes. Er is hoop.

De lente had voor mij niet beter kunnen beginnen.

Iemand op Wikipedia heeft dit kaartje gemaakt. Waar in Nederland zegt men "friet" en waar zegt men "patat"? En waar in België zegt men "friet" en waar noemt men ons eetbaar goud "frieten"?

Het kaartje is gebaseerd op een kaart met de gegevens van een onderzoek van Jan Stroop uit 1972, dit origineel is hier te vinden. De media van Wikipedia en Wikimedia Commons zijn wel gewoon vrij over te nemen en daar zijn wij uiteraard heel erg blij mee nu.

Volgens het kaartje ligt Nijmegen anno 1972 in een grensgebied, maar de patat-zeggers zijn al zeker tien jaar in de minderheid, Frietopia stamt uit Nijmegen en Patatopia is hier nou nooit een optie geweest. Zou het kaartje voor de rest nog kloppen? Zijn er grote veranderingen geweest of noemt men zijn favoriete voedsel nog bij dezelfde naam als veertig jaar geleden? Laat het weten.

Dat het al jaren rommelt tussen Vlamingen en Waloniërs is al lang geen nieuws meer. Wel nieuws is de actievorm die vandaag in zeven universiteitssteden is gekozen om op te komen voor verbroedering: een gratis portie friet met mayonaise!

"Studenten en proffen eten samen friet voor meer Belgische solidariteit.

Het jongerenplatform Niet in onze naam Jong predikt vandaag de revolutie in zeven universiteitssteden. Hun boodschap? Het verdedigen van de solidariteit en het radicaal afwijzen van de ‘communautaire kortzichtigheid' die de Wetstraat beheerst. Hun wapens? Een gratis portie friet met mayonaise. De jeugdige oproep wordt ook onderschreven door een veertigtal professoren uit verschillende faculteiten."

Overigens is dit niet de eerste keer dat er de laatste tijd bij onze zuiderburen actie wordt gevoerd met friet voor de eenheid van België. Zelf kan ik alleen maar hopen dat deze manier van actievoeren succes heeft (en misschien overwaait naar ons in het Noorden). Want wat verbroedert meer dan een goede zak friet?

Lees meer in de Standaard.

De vettax, we hadden er net een tijdje niet meer van gehoord. Voor de mensen die het even vergeten zijn, de vettax is, zoals de naam al impliceert, de spottende bijnaam voor een belasting op 'vet' voedsel. Overigens worden in deze context de begrippen 'vet', 'calorierijk' en 'ongezond' nog al eens door elkaar gebruikt, wat natuurlijk belachelijk is aangezien vetten essentieel zijn voor de mens en iedereen toch ook minstens een bepaalde hoeveelheid calorieën nodig heeft om te overleven.

Maar waarom haal ik deze oude koe nou weer uit de sloot? Namelijk omdat bij een onderzoek op Amerikaanse studenten is "bewezen" dat een belasting op calorierijk voedsel werkt. Als voedsel met veel suiker of vet 25 procent duurder wordt, kiezen studenten eerder voor een minder calorierijke lunch.

Het nieuwsbericht vermeldt overigens ook dat dit experiment niet gedaan is in een universiteitsrestaurant, maar op de computer. Hiermee verwijs ik dit onderzoek linea recta ongelezen naar de prullenbak. Kiezen voor minder vet eten is op de computer misschien nog wel mogelijk, maar zeg maar eens nee als er zo'n schaal dampende krokante verse goudgeel gebakken frietjes voor je neus staat!

Eerder heb ik al opgeroepen tot extra zware straffen voor overvallers van cafetaria's en hier wil ik graag een roep tot lijfstraffen aan toevoegen. Niet achteraf opgelegd, maar gewoon op heterdaad kokend frituurvet over een overvaller heen gooien. Net als in Sittard dus. Hoe vaker dit gebeurt, hoe minder vaak het nodig zal zijn en na een paar keer zal niemand het meer in zijn hoofd halen een cafetaria te overvallen.